Om aantrekkelijker te worden voor vrouwen, moeten bedrijven in de installatiesector veel meer gaan inzetten op deeltijdwerk. Dat zegt John Huizing, directeur bij ROVC, naar aanleiding van de resultaten uit de nieuwste TechBarometer.
Goed werkgeverschap draait niet meer om enkel een goed salaris of een vast contract, stelt Huizing. Zaken als een gezonde werk-privébalans en autonomie worden steeds belangrijker. Ook in de technische branche, waar over het algemeen nog weinig aandacht is voor deze zaken.
Voltijdcultuur
“De schijnbaar dwingende voltijdcultuur maakt de sector minder aantrekkelijk voor vrouwen en jongeren, twee groepen die enorm belangrijk zijn om de personele uitdagingen in de techniek het hoofd te bieden. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat veel mensen die na een korte technische carrière weer uitstromen, deeltijd gaan werken in een sector waar dit meer gemeengoed is.
Als branche laten we hier enorme kansen liggen, meent Huizing. “Willen we een bredere groep enthousiast maken én houden voor het technische vak, dan moet er meer ruimte komen voor diversiteit en flexibiliteit in dienstverband, werktijden en roosters.” Dat vrouwen relatief vaak in deeltijd werken ziet niet iedereen als iets positiefs, maar wel een feit, meldde het CBS afgelopen maand. Van pas afgestudeerde werknemers werken vrouwen na een jaar twee keer zo vaak in deeltijd (30%) als mannen (14%). In de jaren daarna neemt het verschil nog verder toe, doordat mannen minder en vrouwen juist meer in deeltijd gaan werken.
Diversiteit
Uit de TechBarometer blijkt dat de technische sector nog steeds kampt met een ondervertegenwoordiging van vrouwen. Zes op de tien (59%) technici bestempelen de branche momenteel zelfs als onaantrekkelijk voor vrouwen. Actie blijft echter meestal uit. Zo investeren bijvoorbeeld slechts vier op de tien (39%) HR-beslissers in het actief werven van vrouwen. Het aantal technische bedrijven dat diversiteit heeft opgenomen in de organisatiedoelstellingen voor de komende jaren is nog lager: 4%.
Huizing: “De techniek is van oudsher een mannenwereld. Hoewel uit diverse onderzoeken blijkt dat hier langzaam verandering komt, zijn vrouwen nog steeds sterk ondervertegenwoordigd. Als branche moeten we de hand in eigen boezem steken: dit moet én kan beter. Gezamenlijk moeten we aan de slag om vrouwen te enthousiasmeren voor de techniek en te zorgen dat ze dat ook blijven.”
